Oculaire klachten kunnen een bijwerking zijn van een geneesmiddel. Kenmerkend is dan het plotseling ontstaan van de bijwerking, de relatie met het meest recent gestarte geneesmiddel en de voorbijgaande aard van de bijwerking na staken van het geneesmiddel. Bij onverklaarbare en plotselinge visusklachten moet de mogelijkheid van een bijwerking worden overwogen. Het beleid hangt af van de noodzaak van het gebruik van het geneesmiddel, de duur van het gebruik en de ernst van de bijwerking.